Voer een zoekwoord in:

Alfabetische lijst

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z

---

sterven van, in groten getale aanwezig zijn (veel gebruikt)

1. Het sanitair was in het hoogseizoen soms ronduit smerig en het zwembad sterft van de wespen zonder dat er iets aan gedaan werd.
2. Het sterft van de websites over bomen maar dan gaat het vrijwel altijd puur om oude en dikke en markante bomen.
3. De koopgoot, waar je dolgraag een keer een tsunami doorheen zou willen jagen, het sterft er van de kooplustige Rotterdammers.