Onder Woorden - Home
Home Intensiveringen Artikelen en reportages Over ons
(School)boeken
Woordenboeken
Contact
Spelling
Overig
Intensiveringen, vergelijken en overdrijven in het Nederlands - t/m juli 2023

Voer een zoekwoord in:

Alfabetische lijst

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z

stinkend rijk (veel gebruikt)

  1. Mijn vader was van huis uit stinkend rijk. Ik daarentegen heb er keihard moeten voor erven.
  2. Iemand in Polen wordt stinkend rijk met de productie van blauw spiegelglas.
  3. Ze woonde in een villawijk, haar ouders waren stinkend rijk. Toch ging ze weg, ze nam niets mee; alleen haar jeugd en het idee dat hij haar man was, zij zijn vrouw. En dat dat altijd zo blijven zou.

Er is een theorie dat deze uitdrukking teruggaat om de gewoonte om overleden leden van rijke families ín de kerk te begraven, in plaats van buiten op het kerkhof. In de kerk stonk het dus naar de lijklucht van rijke mensen.



Ontwerp door Bytes Ahead Multimedia