Intensiveringen, vergelijken en overdrijven in het Nederlands - t/m juli 2023
Alfabetische lijst
A |
B |
C |
D |
E |
F |
G |
H |
I |
J |
K |
L |
M |
N |
O |
P | Q |
R |
S |
T |
U |
V |
W | X | Y |
Z
uitbundig bloeien (veel gebruikt)
- Zowel het leiboompje van de peer als de appel bloeien uitbundig, maar door de harde oostenwind van gisteren begon de bloesem er al af te waaien.
- De één die bloeit uitbundig de ander geurt heel fijn. Sommige bloemen blijven lang, weer anderen blijven even.
- Fluitekruid bloeit uitbundig. De hele berm licht op.