Intensiveringen, vergelijken en overdrijven in het Nederlands - t/m juli 2023
Alfabetische lijst
A |
B |
C |
D |
E |
F |
G |
H |
I |
J |
K |
L |
M |
N |
O |
P | Q |
R |
S |
T |
U |
V |
W | X | Y |
Z
voor (de volle) honderd procent, intens, helemaal (veel gebruikt)
- De play-offs starten op 24 april en dan kan ik nog aardig wat trainen en kan ik me voor de volle honderd procent geven.
- Hij leeft voor de volle honderd procent in het nu. Mag je hem dan genotszoeker noemen?
- Ik zit hier zes maanden en het enige wat ik kan doen, is me voor de volle honderd procent inzetten.
- Gelukkig hebben we een gemotiveerde groep vrijwilligers die zich allemaal voor honderd procent inzet om er een geslaagd kamp van te maken.
- De voorzitter heeft voor honderd procent gelijk als hij zegt dat we Vlaanderen verder moeten uitbouwen als een logistiek platform voor de rest van Europa.